COVID-19
Wat is COVID-19?
COVID-19 is de ziekte die wordt veroorzaakt door het virus SARS-CoV-2 (ernstig acuut respiratoir syndroom coronavirus-2). SARS-CoV-2 is een nieuwe stam van het coronavirus. Deze werd in december 2019 voor het eerst bij de mens vastgesteld.
De huidige uitbraak van COVID-19 begon eind 2019; de uitbraak werd op 11 maart 2020 door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)(externe link) tot pandemie uitgeroepen.
Op 4 mei 2023 heeft de directeur-generaal van de WHO bepaald dat COVID-19 niet langer een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid van internationaal belang is(externe link). Hij benadrukte dat er weliswaar sprake is van een hogere mate van immuniteit van de bevolking en minder ziekenhuisopnamen en sterfgevallen, maar dat er nog steeds onzekerheid bestaat over de wijze waarop de SARS-CoV-2 zich zou kunnen ontwikkelen.
At a glance: COVID-19 in Europe
- Respiratory disease caused by a virus
- COVID-19 spreads easily through the air
- Over 276 million cases and 2 million deaths worldwide since 2020
- Can cause severe complications in older people and in people with weak immune systems
- Vaccination can prevent COVID-19 and its symptoms
Wat zijn de symptomen van COVID-19?
De voornaamste symptomen van COVID-19 zijn:
- koorts,
- hoesten,
- algemene zwakte of vermoeidheid,
- verandering of verlies van smaak- of reukvermogen,
- keelpijn,
- hoofdpijn,
- spierpijn,
- diarree.
De ernst van de ziekte varieert sterk van persoon tot persoon.
Sommige personen met COVID-19 zijn asymptomatisch. Dit betekent dat de symptomen bij hen helemaal afwezig zijn.
In ernstige gevallen kunnen de volgende symptomen optreden:
- moeite met ademen of kortademigheid,
- verwardheid,
- pijn op de borst.
Personen met ernstige symptomen kunnen gespecialiseerde medische zorg en ondersteuning nodig hebben.
De toestand van de patiënt kan snel verslechteren. Vaak gebeurt dit tijdens de tweede week van de ziekte.
Sommige personen met COVID-19 moeten helaas worden opgenomen in het ziekenhuis. Enkelen onder hen kunnen zelfs intensieve zorg nodig hebben, soms gedurende een langere periode.
Welke complicaties kunnen zich voordoen bij COVID-19?
Personen met ernstige symptomen aan de luchtwegen kunnen beademing (mechanische beademing) nodig hebben. Daardoor kunnen zij vatbaarder worden voor het oplopen van een infectie naast COVID-19, zoals een longontsteking.
Sommige COVID-19-patiënten hebben ook een verhoogd risico op complicaties als gevolg van bloedstollingen, zoals een beroerte of een hartaanval.
De waarschijnlijkheid van opname in het ziekenhuis is groter bij ouderen, met name personen ouder dan 60 jaar en personen met onderliggende aandoeningen.
Het risico op overlijden aan COVID-19 is over het algemeen laag, maar hoger dan bij griep. Het overlijdensrisico is hoger bij ouderen en personen met chronische ziekten of onderliggende aandoeningen.
Wat is het post-COVID-19-syndroom of langdurige (long) COVID?
Een klein aantal patiënten houdt langdurige klachten na een SARS-CoV-2-besmetting. Dit wordt het post-COVID-19-syndroom of langdurige (long) COVID-19 genoemd.
Het post-COVID-19-syndroom komt voor bij patiënten van alle leeftijden, onder wie ook bij personen die slechts milde symptomen hadden na de besmetting met COVID-19.
De symptomen zijn onder meer:
- verlies van reuk- of smaakvermogen,
- vermoeidheid,
- algemene verzwakking,
- kortademigheid,
- cognitieve stoornissen.
Er is geen test om post-COVID-19-syndroom te diagnosticeren en symptomen kunnen weken, maanden of langer aanhouden. Er is momenteel geen behandeling voor deze aandoening, maar er zijn aanwijzingen dat het minder waarschijnlijk is dat personen die tegen COVID-19 zijn gevaccineerd, melding maken van symptomen die verband houden met het post-COVID-19-syndroom.
Hoe verspreidt COVID-19 zich?
Het SARS-CoV-2 virus verspreidt zich voornamelijk van mens tot mens via deeltjes die in de lucht vrijkomen wanneer een besmet persoon ademt, vooral wanneer hij spreekt, zingt, schreeuwt, niest, hoest, enz. Deze deeltjes kunnen vervolgens andere mensen in de buurt bereiken (meestal tot twee meter afstand), die ze kunnen inademen.
De transmissie van besmette personen op anderen kan plaatsvinden twee dagen voordat de besmette persoon symptomen begint te vertonen. Een besmette persoon zal gemiddeld tot vijf andere personen besmetten wanneer zij geen maatregelen nemen om de verspreiding tegen te gaan.
Na de besmetting duurt het gewoonlijk vijf tot zes dagen voordat iemand symptomen begint te vertonen. Deze periode kan echter variëren van één dag tot twee weken.
Grotere deeltjes (druppels) kunnen ook op oppervlakken terechtkomen waarmee andere personen in aanraking komen. Die personen kunnen dan het virus via hun handen oppikken en besmet raken wanneer zij hun neus, mond of ogen aanraken. Deze manier van transmissie komt echter veel minder vaak voor dan transmissie van persoon op persoon.
Wie loopt risico op een COVID-19-infectie?
Iedereen loopt het risico om besmet te raken met COVID-19.
Sommige bevolkingsgroepen hebben echter een verhoogd risico op een ernstig beloop. Dit geldt onder meer voor personen ouder dan 60 jaar, zwangere vrouwen en personen met onderliggende aandoeningen, zoals:
- obesitas,
- hoge bloeddruk,
- diabetes,
- hartziekte,
- chronische aandoeningen van longen en luchtwegen,
- aandoeningen aan het zenuwstelsel,
- een verzwakt immuunsysteem.
De symptomen bij ouderen zijn doorgaans ook ernstiger dan bij kinderen. Toch geven ook kinderen het virus door aan anderen en sommige kinderen krijgen een ernstig beloop.
In drukke binnenruimten kan COVID-19 zich snel verspreiden: er zijn grote uitbraken geweest in gevangenissen, asielzoekerscentra en voedselverwerkende bedrijven.
Hoe kan COVID-19 worden voorkomen?
De effectiefste manier om COVID-19 te voorkomen is vaccinatie. Bij gevaccineerde personen is het minder waarschijnlijk dat zij een ernstig beloop krijgen of in het ziekenhuis moeten worden opgenomen. Daarom dringen de volksgezondheidsautoriteiten er bij alle mensen die hiervoor in aanmerking komen op aan om zich zo snel mogelijk volledig tegen COVID-19 te laten vaccineren. Lees meer over COVID-19-vaccins.
Vaak de handen wassen met water en zeep of op alcohol gebaseerde oplossingen gebruiken helpt eveneens om te voorkomen dat het virus van de handen via ogen, neus of mond het lichaam binnendringt. Zie voor meer informatie: infografiek over niet-farmaceutische maatregelen.
Voor gebruik in de Europese Unie goedgekeurde vaccins
Bimervax
Bimervax bevat een in het laboratorium geproduceerd eiwit dat bestaat uit een deel van het SARSCoV-2-spike-eiwit van de alfa- en bètavirusvarianten.
VidPrevtyn Beta (Sanofi Pasteur)
VidPrevtyn Beta bevat een in het laboratorium geproduceerde versie van een eiwit dat voorkomt op het oppervlak van SARS-CoV-2 (het spike-eiwit van het virus dat COVID-19 veroorzaakt).
Valneva (Valneva)
Valneva bevat hele deeltjes van de oorspronkelijke SARS-CoV-2-stam (het virus dat COVID-19 veroorzaakt), die evenwel geïnactiveerd (gedood) zijn en de ziekte niet kunnen veroorzaken.
Nuvaxovid (Novavax)
Nuvaxovid bevat een in het laboratorium geproduceerde versie van een eiwit dat voorkomt op het oppervlak van SARS-CoV-2 (het spike-eiwit).
Jcovden (Janssen-Cilag)
Jcovden is afgeleid van een ander virus (van de familie van adenovirussen) dat
zodanig is gemodificeerd dat het het gen voor de aanmaak van een eiwit van SARS-CoV-2 bevat
Spikevax (Moderna)
Spikevax bevat messenger-RNA (mRNA), een molecuul met instructies voor de aanmaak van een eiwit van SARS-CoV-2, het virus dat COVID-19 veroorzaakt. Spikevax bevat het virus zelf niet en kan geen COVID-19 veroorzaken. Spikevax is ook verkrijgbaar in de vorm van twee aangepaste vaccins.
Comirnaty (BioNTech/Pfizer)
Comirnaty bevat messenger-RNA (mRNA), een molecuul met instructies voor de aanmaak van een eiwit van SARS-CoV-2, het virus dat COVID-19 veroorzaakt. Comirnaty is ook verkrijgbaar in de vorm van twee aangepaste vaccins.
Hoe wordt COVID-19 behandeld?
Er komen nu geneesmiddelen voor de behandeling van COVID-19 beschikbaar die zich rechtstreeks op het virus richten. Deze worden echter voornamelijk gebruikt om een ernstig beloop bij hoogrisicogroepen te voorkomen.
Voor de meeste patiënten met een ernstig beloop is de voornaamste behandeling het bieden van ondersteunende zorg (bijv. zuurstoftherapie en vochtbehandeling), die vaak zeer doeltreffend is.
Ga voor de meest recente informatie over COVID-19-behandelingen naar de website van het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA): Behandelingen voor en vaccins tegen COVID-19 of de website van de Europese Commissie: Behandeling van COVID-19 (europa.eu)
Nadere informatie
--------------------------------------------------------------------
Referentie:
(1) Inleidende opmerkingen van de directeur-generaal van de WHO tijdens de persconferentie over COVID-19
Let op: Dit informatieblad is bedoeld als algemene informatie en mag niet worden gebruikt ter vervanging van de individuele deskundigheid en beoordeling van een zorgprofessional.